english
Enamel Portraits

The meaning “miniature” originally comes from the red paint (=minium), which was used for the beautiful red capital letter decorations and text illustrations in medieval manuscripts.
Later, “miniatures” also became the collective name for a number of artistic expressions, which can be executed in small format on various surfaces. Initially there were miniatures on paper, parchment and ivory.
Watercolor was usually used for painting.
Many subjects can serve as representations, but portraits have always been a popular form of expression throughout the centuries.

The 16th century can be regarded as the early phase of portrait miniature art
paper and parchment. At that time, artists were often employed at the courts in England and France, who painted portraits of family members, (secret) lovers or the deceased for the king as a souvenir. They were often carried in boxes, but later also served as jewelry (medallions).
Another delicate use of miniatures for kings and other high ranking officials was to present their children to potential wives.
The Augsburg Hans Holbein (1497-1543) achieved a high degree of perfection in miniature art at the English court through his characterful portraits.
The English Nicholas Hilliard (1547-1619), Alexander and Samuel Cooper (±1640) are well-known miniaturists, as is the Frenchman Jean Clouet (±1485-1541), who worked at the court of Francis I.


The art of enamel painting (émail peint) was developed in the early 1600s and experienced enormous growth due to its success. Copper, silver or gold was used as a carrier, on which the scene was painted in enamel.
Enamel is a glass-like material that melts when heated and then adheres to the surface (the metal). Additions of metal oxides determine the colors of the enamel.
It was mainly the goldsmiths who practiced and developed this art.

Jean Petitot (1607-1691) and Henri Toutin (±1630) in France, Jean Liotard (1702-1789) and Jean Pierre Hubert (1732-1803) from Geneva are well-known figures in enamel painting. Geneva has long been a center for enamel miniature art, partly due to its watch industry.
In addition to the difficulty of painting portraits on a small format, the metal as a substrate also involved an extra complicated and vulnerable operation: the baking process.

The fact that far fewer enamel miniatures were made in the past than others may not only have been the result of their later development, but undoubtedly also has to do with the level of difficulty.
Unlike others, enamel portraits have the important characteristic that they are colourfast and do not lose their beauty even after centuries. This is of great importance for the shelf life of the works of art. Many miniatures painted with organic pigments have lost much of their original beauty and have faded (irreparably) due to the effects of light.

With the rise of photography in the 19th century, interest in miniatures diminished and eventually disappeared completely. The carefully developed and difficult techniques were lost. The complicated technical procedures involved in enamel portrait art also disappeared with their makers.
This was partly because the artists, who were often employed by kings, were not very inclined to reveal their own acquired knowledge and secrets. They cannot be blamed for this, because for them these were of course matters that were directly related to their existence.
There is therefore little or no extensive information available in the literature that accurately describes how the old enamel portrait miniatures were created.

So it is very difficult to find this lost technique. Henny Teerink, who was attracted to this ancient art form, succeeded after years of experimenting and meticulous work.
The goldsmith's work in silver, in which her enamel portraits are set, is also designed and made by her.


dutch
Miniatuurportretjes

Van oorsprong komt de betekenis “miniatuur “ van de rode verf (=minium), die gebruikt werd bij de de fraaie rode hoofdletterversieringen en tekstillustraties in de middeleeuwse handschriften
Later werd “miniaturen” ook de verzamelnaam van een aantal kunstuitingen, die in klein formaat op diverse ondergronden uitgevoerd kunnen zijn. Zo waren er aanvankelijk miniaturen op papier, perkament en ivoor.
Meestal werd voor het schilderen waterverf gebruikt.
Veel onderwerpen kunnen als voorstellingen dienen, maar portretjes zijn door de eeuwen heen altijd een geliefde uitdrukkingsvorm geweest.

De 16
e eeuw kan worden beschouwd als de beginfase van de portretminiatuurkunst op
papier en perkament. In die tijd waren in Engeland en Frankrijk aan de hoven dikwijls kunstenaars in dienst, die voor de koning, als aandenken, portretjes van familieleden, (heimelijke) geliefden of overledenen schilderden. Ze werden veelal in doosjes met zich meegedragen, maar dienden later ook als sieraad (medaillons).
Een ander delicaat gebruik van miniatuurtjes voor koningen en andere hooggeplaatsten was, om hun kinderen aan potentiële echtgenote(s)n voor te dragen.
De Augsburger Hans Holbein (1497-1543) bereikte aan het Engelse hof een hoge graad van perfectie in de miniatuurkunst door zijn karaktervolle portretjes.
De Engelsen Nicholas Hilliard (1547-1619), Alexander en Samuel Cooper (±1640) zijn bekende miniaturisten, evenals de Fransman Jean Clouet (±1485-1541), die aan het hof van Frans I werkzaam was.

Begin 1600 kwam de emailschilderkunst (émail peint)
in ontwikkeling en maakte door het succes ervan een enorme groei door. Hierbij werd koper, zilver of goud als drager gebruikt, waarop in email de voorstelling geschilderd werd.
Email is een glasachtige materiaal, dat bij hoge verhitting smelt en zich dan aan de ondergrond ( het metaal ) vasthecht. Toevoegingen van metaaloxides bepalen de kleuren van het email.
Het waren vooral de edelsmeden die deze kunst beoefenden en ontwikkelden.

Jean Petitot (1607-1691) en Henri Toutin (±1630) in Frankrijk, Jean Liotard (1702-1789) en Jean Pierre Hubert (1732-1803) uit Genève afkomstig zijn bekende figuren in de emailschilderkunst. Geneve is mede door zijn horloge-industrie lange tijd een centrum voor de emailminiatuurkunst geweest.
Naast de moeilijkheid van het portretschilderen op het kleine formaat, kwam er bij het metaal als ondergrond nog een extra ingewikkelde en kwetsbare handeling bij: het bakproces.

Dat er in het verleden veel minder emailminiaturen zijn gemaakt dan andere, zal niet alleen het gevolg geweest zijn van het later ontstaan in de tijd, maar heeft ongetwijfeld ook met de moeilijkheidsgraad te maken.
Emailportretjes hebben in tegenstelling tot de andere de belangrijke eigenschap dat ze kleurecht zijn en ook na eeuwen niet aan schoonheid inboeten. Dat is van groot belang voor de houdbaarheid van de kunstwerkjes. Veel miniaturen, die met organische pigmenten zijn geschilderd, hebben veel van hun oorspronkelijke schoonheid verloren en zijn door inwerking van licht (onherstelbaar) verbleekt.

Door de opkomst van de fotografie in de 19
e eeuw, werd de belangstelling voor miniaturen minder en verdween tenslotte geheel. De met veel zorg opgebouwde en moeilijke technieken gingen daarbij verloren. Ook de zo ingewikkelde technische procedures bij de emailportretkunst verdwenen met de makers ervan.
Dat kwam mede omdat de kunstenaars, die vaak in dienst bij koningen waren, niet erg genegen waren hun zelf verworven kennis en geheimen prijs te geven. Dat is hen niet kwalijk te nemen, want het waren voor hen natuurlijk zaken, die direct met hun bestaan te maken hadden.
In de literatuur zijn dan ook weinig of geen uitgebreide gegevens voorhanden, die nauwkeurig beschrijven hoe de oude email-portretminiatuurtjes tot stand kwamen.

Het is dus heel moeilijk deze verloren techniek te achterhalen. Henny Teerink, die zich aangetrokken voelde tot deze oude kunstvorm, is daarin na jarenlang experimenteren en minutieus werken geslaagd.
Het edelsmeedwerk in zilver, waarin haar emailportretjes zijn gevat, wordt eveneens door haar ontworpen en gemaakt.